Defensie: Wij weten niet meer over graven Potocari Srebrenica

Het ministerie van Defensie heeft niet meer informatie over de locatie van graven op de voormalige basis van Dutchbat in Potocari bij Srebrenica. Dat blijkt uit een uitspraak die de Raad van State vandaag. De zaak was aangespannen door oud-Dutchbatter Dave Maat. Hij meende dat er nog informatie aanwezig moest zijn bij de Koninklijke Marechaussee en in correspondentie van Defensie met het Rode Kruis. Volgens de Raad van State heeft het ministerie van Defensie echter het maximale gedaan om de gegevens boven water te krijgen en is in beide gevallen geen informatie meer aangetroffen. Dave Maat voerde eerder ook al een rechtszaak over de gegevens. Na een uitspraak van de rechter in Middelburg in juni 2011 kreeg Maat van het ministerie van Defensie twee foto's en een kaart met de mogelijke locatie van een graf. De rechter oordeelde toen ook al dat het ministerie niet over meer informatie beschikte. De Raad van State komt nu tot diezelfde conclusie.



Naar aanleiding van de documenten die Maat van Defensie kreeg, zijn in augustus vijf lichamen opgegraven in het oude legerkamp van het Nederlandse VN-bataljon. Deze slachtoffers zijn waarschijnlijk overleden na de val van Srebrenica in 1995 en begraven in een noodgraf.



Moslims uit Srebrenica zochten in 1995 bij de Nederlanders een veilig heenkomen, nadat Bosnisch-Servische militairen de enclave hadden veroverd. De vluchtelingen zaten vast in een overvolle fabriekshal. Door gebrek aan water, voedsel en medicijnen stierven mensen op de basis, die vervolgens in een noodgraf werden begraven. Later vermoordden de Bosnische Serviërs in de heuvels rond Srebrenica meer dan 8000 moslimmannen en -jongens.